Afbeelding
.

Gemeenteraad Heerde mist afspraken voor inwonerparticipatie

· leestijd 2 minuten Algemeen

HEERDE- De rekenkamercommissie van de gemeente Heerde heeft onderzoek gedaan naar de manier waarop de gemeente invulling geeft aan inwonerparticipatie en met name de uitdagingen voor de gemeenteraad daarin. Op verzoek van de gemeenteraad is gekoppeld daaraan ook gekeken naar de bestuurscultuur binnen de gemeente. De rekenkamercommissie stelt vast dat de gemeente Heerde het belang van inwonerparticipatie onderschrijft. Inwoners verwachten van hun gemeente dat hen de mogelijkheid wordt geboden om betrokken te zijn bij het beleid. De algehele conclusie is wel dat een stevig fundament onder het beleid met betrekking tot inwonersparticipatie in Heerde ontbreekt. 

Aanbevelingen 

“Met inwonerparticipatie gaan veel belangen gemoeid. Het is van belang bij de vaststelling en uitvoering van het beleid een evenwicht te bereiken tussen ambitieuze doelstellingen en beschikbare middelen om die doelstellingen te bereiken.” De rekenkamercommissie doet een 10-tal aanbevelingen aan het college en de raad. Richting het college van B&W wordt aanbevolen om onder andere uitgangspunten op te stellen voor inwonersparticipatie, in goede en intensieve wisselwerking tussen college van B&W, ambtelijke organisatie, gemeenteraad én inwoners. De positie, verantwoordelijkheden en rollen van de verschillende betrokken spelers - college van B&W, gemeenteraad en medewerkers van de organisatie moeten duidelijk zijn. Uitgangspunten moeten ook worden uitgewerkt in duidelijke en concrete richtlijnen waarbij ook aandacht moet worden besteed aan de wijze en het moment waarop de raad wordt geïnformeerd over participatie. “Het college moet verder investeren in een organisatiecultuur waarin de uitgangspunten en concrete richtlijnen geen ‘papieren tijgers’ zijn, maar wel integraal onderdeel van het dagelijks handelen van alle medewerkers”, is verder te lezen in het rapport. Het beleid moet levend en actueel zijn: “Inventariseer structureel ervaringen met participatietrajecten, bespreek die in organisatie en leid daar, zo nodig verbeterpunten uit af. Betrek ook met enige regelmaat de gemeenteraad bij de lessen en ervaringen uit participatietrajecten.” Tot slot: “Heroverweeg de doelstellingen en uitgangspunten van uitnodigingsplanologie. Sluit deze aanpak nog aan bij de huidige situatie?” 

Wat de rekenkamercommissie betreft moet de raad investeren in de discussie over de uitgangspunten van het beleid met betrekking tot inwonersparticipatie en daarbij ook de consequenties voor de uitvoering in overweging nemen. “Heb daarin in het bijzonder aandacht voor de rollen en verantwoordelijkheden voor de raad en maak afspraken over het moment en de wijze waarop de raad over participatie geïnformeerd wordt. Maak onderling afspraken over de invulling van die rollen en verantwoordelijkheden in de praktijk; én volg en bespreek de ontwikkelingen en ervaringen met inwonersparticipatie.” De rekenkamercommissie erkent daarbij dat het ontwikkelen, vaststellen en implementeren van inwonerparticipatie gecompliceerd en ingewikkeld is. “Ervaringen elders leren dat dat een meerjarig traject vergt. De raad, het college, het ambtelijk apparaat en inwoners moeten daarbij samenwerken. Om dit te bereiken is een cultuuromslag nodig. Dat vergt belangrijke investeringen in middelen en menskracht. De raad heeft daarbij een belangrijke kaderstellende en controlerende functie. Het is aan de raad om daaraan nu actief vorm en inhoud te geven. Het college heeft daarbij een belangrijke faciliterende rol om voorstellen aan de raad te doen.” 

Herkenbaar

Het college heeft inmiddels gereageerd op het rapport en stelt dat er inhoudelijk geen verrassingen zijn. De aanbevelingen gericht op de totstandkoming en implementatie van het participatiebeleid zijn volgens het college ‘herkenbaar en logisch’. “Wij willen al deze aanbevelingen dan ook volledig omarmen. De concrete aanbeveling aangaande uitnodigingsplanologie willen wij betrekken bij de uitvoering Verbeterplan Evaluatie Uitnodigingsplanologie en de invoering van de Omgevingswet.” 

Bestuurscultuur

De rekenkamercommissie is door de gemeenteraad verzocht om ook aandacht te besteden aan de bestuurscultuur van de gemeente Heerde. Hieraan ten grondslag lagen uitspraken van oud-burgemeester Koops, die bij haar afscheid harde woorden sprak over de bestuurscultuur. “Daarbij moet worden opgemerkt dat de bestuurscultuur in het onderzoek niet centraal heeft gestaan. De verkregen beelden kunnen louter worden beschouwd als eerste, algemene indrukken van de bestuurscultuur”, staat hierover in het rapport. “In het algemeen kan worden vastgesteld dat in dit onderzoek geen aanleiding is gevonden om te twijfelen aan de positieve houding en gedrag van zowel de leden van het college van B&W, medewerkers van de organisatie als raadsleden. Als gezegd staan al deze spelers open voor signalen van andere spelers of vanuit de gemeenschap. Een goede opvolging op die signalen wordt niet altijd gerealiseerd, wat mogelijk komt door de beperkte schaal van de gemeente. Inwoners nemen waar dat de organisatie weliswaar in eerste instantie makkelijk te bereiken is, maar ook dat de organisatie kwetsbaar is, toezeggingen niet altijd nakomt en daarover niet goed richting informeren over informeert.” 

Rekenkamercommissie 

De Rekenkamercommissie is een onafhankelijke commissie, die onderzoekt of het gemeentelijk beleid goed wordt uitgevoerd en het gewenste effect heeft. De rekenkamercommissie rapporteert daarover aan de gemeenteraad. Daarmee ondersteunt ze de raad bij zijn controlerende taak. Het rapport is 21 september aangeboden aan de gemeenteraad, die het onderzoeksrapport op 4 oktober bespreekt. Het rapport is te vinden op de website van de gemeente Heerde via www.heerde.nl/rekenkamer.